Financiering bij vzw’s, hoe zit het met de btw?

20/08/2017 VZWBTWfiscaliteit

Wanneer een vereniging met sociaal en/of cultureel doel handelt binnen haar gewone activiteiten, is zij vrijgesteld van btw. Om deze activiteiten te bekostigen, organiseren ze regelmatig allerlei evenementen om geld in het laadje te krijgen. Deze evenementen zijn in principe ook vrijgesteld van btw. Hiervoor moeten drie voorwaarden voldaan zijn. Om dit te verduidelijken, heeft de btw-administratie een circulaire gepubliceerd (circulaire 2017/C/23 betreffende de vrijstelling van artikel 44, § 2, 12°, van het BTW-Wetboek). Hieronder geven wij een kort overzicht van een aantal mogelijke activiteiten en de te vervullen voorwaarden die in de circulaire zijn neergeschreven.

Activiteiten

Heel wat sociale verenigingen, sportclubs, hobbyclubs… zijn voortdurend op zoek naar financiering. Daarom organiseren ze bijvoorbeeld een wafelverkoop, kaas- en wijnavond, spaghettiavond enz.  Om het voor deze verenigingen niet te complex te maken, zijn deze activiteiten ook vrijgesteld van btw als ze aan drie voorwaarden voldoen.

Voorwaarden vrijstelling

Ten eerste moet de vereniging het evenement zelf organiseren. Dit betekent dat ze zelf verantwoordelijk is voor het programma, locatie, reclame, opbouw en afbraak… Dit belet niet dat ze geen beroep mag doen op hulp van buitenaf.

Ten tweede moet het gaan om occasionele activiteiten. Het is dus van belang dat er geen regelmaat zit in het organiseren van de activiteiten. Dit neemt niet weg dat ze niet jaarlijks een tombolaverkoop mogen doen. Het is belangrijk dat de activiteit geen economische activiteit van de belastingplichtige is én dat het nadrukkelijk gaat om het verwerven van fondsen. Deze fondsen mogen uitsluitend bedoeld zijn voor de vereniging zelf of voor een goed doel.

Ten slotte mogen de evenementen niet concurrentieverstorend zijn. Het mag alleen gaan om uitzonderlijke opbrengsten die geen echte economische activiteit zijn. Het is complex om te bepalen of er sprake is van concurrentieverstoring of niet. Daarom heeft de fiscus een aantal criteria opgesteld. Zo mag de vereniging, in principe, maximum vier keer per kalenderjaar een evenement organiseren. Eén evenement mag maar drie opeenvolgende dagen lang zijn. Wanneer een activiteit toch als concurrentieverstorend wordt bestempeld, zal de vrijstelling van btw vervallen vanaf het eerste kwartaal nadat de overschrijding is gebeurd. Het evenement zelf zal dus wel nog vrijgesteld zijn van btw.

Van zodra er binnen een kalenderjaar meer dan vier evenementen worden georganiseerd, moet het bevoegd belastingkantoor (KMO/GO-centrum) gecontacteerd worden.  Dit zal dan oordelen of er al dan niet sprake is van concurrentieverstoring.  Het is dus ook mogelijk dat een vijfde evenement vrijgesteld blijft van btw.